Czech that: roadtrip langs de rand van de Bohemen

Afgelopen zomer besloten we voor een korte werkonderbreking eens niet naar de Alpes Maritimes te gaan maar ons heil dichter bij huis te zoeken, in midden-Europea. Tsjechië meer bepaald: een land dat geen onbekende is onder vakantiegangers, maar tegelijk ook weer niet te boek staat als een toplocatie voor mountainbiken. Maar wie zegt dat je hooggebergte nodig hebt voor leuke paden of een prachtig landschap?

Stop 1: Ertsgebergte

Onze reis begint in het dorpje Boží Dar, een grensdorp van zo’n 200 man en een paar katten, gelegen direct naast de grenskam van het Ertsgebergte (Krušné hory). Er zijn wat minder faciliteiten dan in het veel grotere Oberwiesenthal aan de Duitse kant van de grens, maar de toegang tot het bos is beduidend beter: op een enkele hectare natuurreservaat na mag je overal vrij rijden. Dit betekent singletracks, grove dualtracks en hier en daar een (nogal steile) grindweg omhoog.

Naar het hoogste punt in de regio, de Klínovec, lopen een aantal liften die in de zomer ook open zijn. Dit maakt een middag shuttlen in het bikepark mogelijk. Neem je, zoals wij, een lichtere fiets met minder veerweg en meer versnellingen mee, dan is het hele gebied ten zuiden van Boží Dar een weelde van mooie bospercelen met interessante paden. Wij gebruikte het GPX bestand van de Stoneman Miriquidi – een 160 km lange uitgezette route – als leidraad om een aantal dagen aan route’s zelf op de kaart te tekenen. De ruggen vanaf de Klínovec bevatten wat lange en lompe afdalingen, en een rondje langs Pernink, Nejdek, Merklín en Jachymov brengt je een flinke variatie aan ondergrond en uitzichten.

Boží Dar info
Het dorp is klein en wordt goed bezocht, dus hoogzomer is vooruit boeken wel handig. Er zijn redelijk wat pensions en huisjes voor prima prijzen. Eten en (bier) drinken kan bij tal van restuarants en cafés, uiteraard tegen verrassend lage Tsjechische prijzen; Radniční sklípek Boží Dar was ons favoriet. Reserveren aanbevolen.

Er is een kleine supermarkt – de “laatste Konzum in Tsjechië” met basisbehoeften zoals pils voor €0,60 per halve liter – midden in het dorp. Een grote supermarkt kom je pas onderaan de berg in Jachymov of over de grens in het Duitse Oberwiesenthal tegen. Gegeven de prijzen en de kookkunsten in het gemiddelde Tsjechische bergrestaurantje (‘bouda’) kan je even goed warm lunchen halverwege de rit. Behalve voor mountainbiken is de directe omgeving ook zeer geschikt om op de weg te fietsen en te wandelen, en zijn er tal van activiteiten te regelen via de plaatselijke fietsenwinkel. Hier kan je ook terecht voor huurmateriaal.

Trailcenter Rabenberg

Een paar kilometer van Boží Dar ligt aan de Duitse kant van de grens Trailcenter Rabenberg. Toegang kost € 7,- per dag of € 11,- per twee dagen, waarvoor je vijf specifiek voor de MTB gegraven en bewegwijzerde route’s terug krijgt. Toen wij er waren was het bloedheet en stoffig, en hadden aan twee dagen eigenlijk niet genoeg. De groene en blauwe routes zijn mooi maar niet al te uitdagend, daarna wordt het steil en komen er veel putten en wortels in het spel, wat voor behoorlijk uitdagend rijden maakt.

Hoewel de nadruk op afdalen ligt, zijn er ook wat behoorlijk lastige beklimmingen gegraven in het trailcenter. Harken wordt het nooit, maar balanceren op de rand van tractie komt wel een paar keer voor. Kortom: Trailcenter Rabenberg is een niet te missen fietslocatie in deze regio.

Stop 2: Richting zuid-Bohemen

Onze volgende afspraak is in Prachatice, richting de zuidelijke grens met Oostenrijks. De reis daar naartoe is ééntje door rollend, goudkleurig heuvellandschap, lans Karlovy Vary (Carlsbad) en Plzeň (Pilsen). Tsjechië kent relatief weinig snelwegen; toch gaat het rijden over de provinciale wegen relatief vlot. Er is geen grote verkeersdrukte, al zul je misschien een enkele keer achter een oude Tatra vrachtwagen of Zetor tractor hangen. Hoe dan ook: ben je net zoals wij op doorreis of ben je het fietsen zat, trek dan zeker minstens een halve dag uit voor één van de grotere steden van dit land. Wie voorbij de buitenwijken met oostblok-architectuur wandelt komt stadskernen tegen die de vernieling en vernieuwing meer dan anderhalve eeuw hebben weerstaan. Lunchen doe je – voor een prik en met verplichte pils – bijvoorbeeld tussen prachtige gebouwen gaan de overs van de Ohře.

Onze tweede bestemming, Prachatice, ligt op de rand van de Sumava, een gebied bekend om haar nationaal park en het grote Lipno meer. Waar de paden in Boží Dar ons deden denken aan de Alpen maar met 1000 meter minder hoogte, lijkt het bos rondom Prachatice tot de overs van het meer een kruising tussen Scandinavië en de Vogezen. Het lichtste verzet wordt regelmatig gebruikt en hier en daar moet de fiets bergop zelfs gedragen worden. De smalle paden liggen vol met wortels en plukken bosgrond wisselen af met flinke rotspartijen en hier en daar een restant bunker uit meer gespannen tijden.

Tsjechie_22__2_VZ

Bij Prachatice hadden wij vooral lol op de bergkam van Libínské Sedlo naar Prachatice toe en rondom het meertje bij Krištanovice. Bij het Lipnomeer klommen we vanaf de stuwdam onder de hoogspanningsleidingen naar Luc, en vonden we behoorlijk spannende paden terug dalend naar de oevers van de Vltava. Aan de zuidover liggen ook tal van technische beklimmingen en afdalingen. Over het algemeen vergen de routes hier wat meer conditie en techniek dan in het Ertsgebergte. Heb je daar eens een dag geen behoefte aan, dan biedt het Sumava park tal van officiële fietsroutes op verharde en onverharde paden.

Prachatice & Sumava info

Prachatice is een stad met zo’n 12.000 inwoners. De ouder dorpskern biedt ruimte voor tal van kroegen en restaurants en is een goede plek om uit te blazen na een flinke rit; het is er gezellig maar niet druk. Er zijn een aantal flinke supermarkten voor inkopen, en om de stad heen zijn er wat pensions en vakantiehuizen. Wij verbleven in Libínské Sedlo, zo’n 7 km buiten Prachatice. Van daar duik je direct het bos in, of is het 2 km naar het meer van Krištanovice. Neem je zwembroek mee!

Overige plekken in de regio die de moeite waard lijken om eens te bekijken zijn het bikepark van Špičák en de paden rondom Cesky Krumlov en de paden langs de Malše rivier.

Toegangsregels in Tsjechië

Tsjechië is een fietsland bij uitstek – zie hoe veel wielertoeristen en mountainbikers je tegenkomt op ieder terras. Op de paden is het over het algemeen rustig. Desondanks is er wel wat regelgeving om rekening mee te houden. Een flink deel van Boheemse grensgebied is natuurpark of reservaat. Of je er wel of niet mag fietsen ligt aan de natuurbeschermings-klasse van het bosperceel, en juist dit staat zelden tot nooit op de borden vermeld. Af en toe kom je een duidelijk verbodsbord tegen, met name op smalle wandelpaden die midden in een dorp eindigen. Verder is het raadzaam lokale info of GPS routes te gebruiken als leiddraad, en de kaart van MTBMap.cz te raadplegen. Hierop staan gesloten paden en gebieden in detail vermeld.

Tot slot: de Zwarte Driehoek

Onze laatste stop voor de terugreis is de noordelijke rand van het land: het gebied net boven Liberec, genesteld tussen het Reuzengebergte en het Duitse Zittau en het Poolse Zgorzelec. Naar het noorden toe vlakken de bergen snel af tot de rollende heuvels van zuid-Polen, naar het zuiden toe torent donker woud boven ons uit. Ooit was dit deel van de Zwarte Driehoek, met alle gevolgen van dien. De afgelopen 25 jaar doet men een verwoede poging het bosgebied zich te laten herstellen tot haar pre-industriële staat. In de regio liggen een aantal bikeparks en meer naar het oosten, richting Slovaakse grens, wordt het gebergte behoorlijk rauwer en de paden meer Alpen-achtig. In het westen van de grensregio zijn de omgeving van Liberec en Špindlerův Mlýn de moeite waard om te bezoeken met de fiets, in het oosten zijn er het bikepark van Kouty en het trailpark van Rychlebské Stezky.

Wij kozen voor een paar dagen in Nové Město Pod Smrkem, een oud industrieel stadje dat nog steeds kampt met de gevolgen van het sluiten van de fabrieken. Ondanks – of misschien door vanwege – het grauwe uiterlijk, het lege plein en de barre openingstijden van de locale horeca is de plek een bezoek waard. Het eerste Tsjechische trailcenter, Singltrek, ligt net buiten de stad, tegen de Poolse grens aan. De paden hebben een typisch Engels karakter (in een volgend artikel hierover meer!) en zijn gebouwd op toegankelijkheid en lol trappen. Betekent dit dat ze saai zijn voor de gevorderde rijder? Absoluut niet! Net als bij veel Nederlandse rondjes stijgt de noodzaak van stuurvaardigheid naarmate je sneller rijdt.

De paden zijn perfect onderhouden, flowy en nodigen uit tot steeds harder pushen, waardoor je ongemerkt toch moe wordt. Steil klimmen wordt overal vermeden, waardoor je ongemerkt hoogtemeters maakt op de bergflanken. Op de hoger gelegen plekken heb je een mooi uitzicht over het Poolse grensgebied, voor je weer via kombocht na kombocht donker bos in duikt terug richting Nové Město.

(Singltrek) Pod Smrkem

Nové Město Pod Smrkem is een stadje waar je op het eerste gezicht misschien een beetje de kriebels van krijgt. Het is nog volledig in de restauratiefase nadat vele jaren geleden de industrie in de regio instortte. De kerk staat er net zo verlaten bij als de oude fabriekshallen. Maar de meeste gebouwen krijgen op dit moment weer een nieuw likje verf. En aan toeristen is echter geen gebrek: er is in de buurt goed te wandelen, rond te hangen op het strand van de plaatselijke plas en uiteraard te fietsen op de paden van het trailcenter.

Toegang tot het trailcenter, dat momenteel circa 85 km aan route’s biedt, is gratis. Een klein winkeltje aan de start van de paden levert koffie, onderdelen en huurfietsen. Langs de zwemplas is ook eenvoudig eten, een ijsje of uiteraard een halve liter bier te krijgen. Restaurants en accommodatie in de stad zijn karig, maar Singltrek zelf heeft een klein pension op de rand van de bebouwing. Het eten daar is heerlijk; als alternatief raden wij de met Vietnamees op het plein aan, als je tenminste tegen TL-verlichting kunt.

MTB-paradijs Tsjechië

De Tsjechische grensgregio’s zijn absoluut een bezoek waard. In twee weken hebben we maar de helft kunnen rijden van wat we vooraf gespot hadden, en we stonden verbaasd van hoe leuk de paden waren. Bovenal was het heerlijk ontdekken en op pad zijn op de fiets, door prachtige wouden en goudgele grasvelden. Als dit het “gebrek aan hooggebergte” al niet ruimschoots compenseert, dan zijn de stilte onderweg, de algehele sfeer in dorpen en steden en de schappelijke prijzen nog extra redenen om te gaan.

Tekst & foto’s: Eric Wictor

Geplaatst in Reizen en routes, Specials en getagd met .
Tags:
Subscribe
Notify of
guest
0 Comments
Inline Feedbacks
View all comments