Tekst en foto’s: Arjan Kruik

Val d’Ega/Eggental in Zuid-Tirol: doorgang naar de Dolomieten
Als de zomer voorbij is en het najaar aanbreekt is, krijg ik altijd een dipje. Al die donkere weken en maanden voordat het voorjaar weer opnieuw aanbreekt, alleen die gedachte al maakt me somber. Natuurlijk, ook dan stap ik op m’n bike. Maar van m’n vaste routes kan ik inmiddels iedere bocht en bult uittekenen. Gelukkig heb ik sinds een paar jaar heb een oplossing voor dit probleem: een tripje naar het buitenland! Niet ver weg met het vliegtuig, maar gewoon met de auto en met m’n eigen bike. De zuidkant van de Alpen is over het algemeen m’n bestemming. Of meer precies: de Italiaanse provincie Zuid-Tirol, aan de zuidkant van de Brennerpas. Veel trails daar zijn tot ver in het najaar sneeuwvrij, zeker de laatste jaren, nu de temperaturen in dit stuk van de Alpen stijgen en de hoeveelheid neerslag afneemt.
Deze keer strijken Sebastiaan en ik neer in het dorpje Steinegg in het Eggental/Val d’Ega, zo’n vijftien kilometer ten oosten van de stad Bozen/Bolzano. We zijn al een kleine week voor Velozine in Italië onderweg en het Eggental is onze laatste stop. De reden dat we dit dal aandoen: de fameuze Dolomieten-massieven Latemar en Rosengarten. Die laatste, de Rosengarten, zou vanaf ons hotel zichtbaar moeten zijn, maar dat is helaas niet het geval. Het is al op de autostrada begonnen met regenen en hier in de bergen is dat zeker niet minder geworden. Het zicht rondom is ongeveer nul.
Gelukkig zijn de weersvoorspellingen niet al te slecht. We gaan het zien. Nu eerst lekker vroeg onder de wol en morgen bijtijds weer op. Om half negen hebben we afgesproken met Patrick, een van de twee bike-guides van de Steineggerhof, het bikehotel waar we verblijven.
Rosengartenronde
Alhoewel het de volgende ochtend inderdaad behoorlijk is opgeklaard, is de Rosengarten helaas nog steeds door wolken omgeven. Na het ontbijt treffen we Patrick in de lobby. “Het gaat helemaal goed komen met die Rosengarten”, verzekert hij ons. “Dus dat is ons doel voor vandaag.” Het beroemde gebergte is zo’n twintig kilometer en duizend hoogtemeters van de Steineggerhof verwijderd. De aanloop blijkt voornamelijk over onverharde boswegen te lopen, met zo nu en dan een klein stukje trail. “We moeten nu even meters maken,” vertelt Patrick als ik er een opmerking over maak, “trails krijg je straks nog genoeg.”
De bewolking is hardnekkig, de Rosengarten blijft zich aan het zicht onttrekken. Maar hoe dichterbij we komen, hoe meer de wolken lijken op te lossen. Helemaal verdwijnen doen ze niet, maar we krijgen nu tenminste wel een indruk van de omvang van deze rotsmassa. En die is niet gering. “De hoogste top is meer dan drieduizend meter hoog”, weet Patrick. Als we de voet van het massief bereiken, schotelt Patrick ons eens een leuke singletrack voor. Niet omlaag, maar omhoog! Verrassend genoeg valt het klimmetje mee; de licht vochtige ondergrond biedt extreem veel grip.
Gezellige hut
Tegen het middaguur strijken we neer bij de Messnerjoch, een berghut die beneden aan de weg reclame maakt met een terras dat uitzicht biedt op de Rosengarten. Maar van zowel dat terras als van dat uitzicht blijven we verstoken. Alhoewel het dus even de goede kant op leek te gaan, verhullen dikke wolken inmiddels wederom de rotsmassa in het oosten. En omdat ook de zon er even niet doorkomt, is het te fris om buiten te zitten. Geen probleem, het is in de hut supergezellig, niet in het minst omdat het groepje van Patricks collega Hansjörg hier eveneens is neergestreken. Ze zitten vol van de avonturen die ze beleefd hebben. Maar hoe gezellig ook, we moeten verder. De eindbestemming is immers nog niet bereikt.
Alhoewel, dat gaat uiteindelijk sneller dan verwacht. Vanaf de Messnerjoch peddelen we via een zacht glooiend mountainbikepad rustig naar de Kuregg, een bult aan de voet van de Rosengarten. En Patrick krijgt uiteindelijk toch gelijk: de bewolking is ondertussen gedeeltelijk opgelost, waardoor we een prachtig uitzicht op het rotsmassief hebben. Na de verplichte selfies voor de thuisblijvers is het tijd om onze bikes 180 graden om te draaien. Natuurlijk, de kleine 1.300 dieptemeters die in het verschiet liggen lopen natuurlijk niet weg. Maar waarom zou je ze laten wachten?



Terug over de Wolfsgrubentaltrail
Het is lastig de afdaling die na de Rosengarten volgt te beschrijven. Sebastiaan en Patrick hebben namelijk stilzwijgend besloten alle registers open te trekken. Volle bak rollen ze naar beneden. Het enige dat ik kan doen, is proberen te volgen. Wat natuurlijk een kansloze exercitie is, want van de bikebeheersing en de fitheid van deze twee jonge gasten kan ik alleen maar dromen. Daar komt bij, dat veel secties vanwege de regen van vannacht nog behoorlijk nat zijn en dat maakt het er niet makkelijker op. Gelukkig staat Patrick op cruciale knoopunten te wachten. Het is hier namelijk een wirwar van wegen en paden. Natuurlijk, je kant altijd blind een pad induiken. Maar ik vind het wel prettig om iemand als Patrick bij de hand te hebben. Als hij zegt dat het kan is, dan kan het.
Als we bij het skidorpje Sankt Zyprian de bodem van het dal bereiken, lijkt het met de pret gedaan. De enige zichtbare route loopt via een asfaltweg naar beneden. Maar ook nu weer blijkt het een voordeel als je met een local op pad bent. Patrick draait namelijk z’n bike van de weg af, op wat een boerenerf lijkt te zijn. En vervolgens trekt hij een slagboom opzij. Sebastiaan en ik kijken elkaar aan; kan dit wel? “Geen probleem,” verzekert Patrick, ons “ik heb toestemming van de boer.” En wat dan volgt is een schandalig lekker afsluiter van wat toch al een heerlijke dag is. Slingerend en golvend voert Patricks pad ons een paar kilometer lang door het Wolfsgrubental westwaarts. Pas bij het dorpje Breien is de koek op.
Dat wil zeggen, als het om trails rijden gaat. Want van Brienen moeten we nog omhoog naar Steinegg, terug naar het hotel. Dat lijkt een stukje van niks, nog geen driehonderd hoogtemeters over asfalt. Appeltje-eitje. Mooi niet, want die asfaltweg blijkt op sommige stukken royaal boven de 25 procent uit te komen. Au! Pijn is fijn. Maar je kan ook overdrijven….



Kurt Resch: mountainbikepionier en visionair
’s Avonds, na wekelijkse de pasta-party, waarbij iedereen de keuken in mag om een bord zelfgemaakte pasta met saus naar keuze te halen, spreken we even met hoteleigenaar Kurt Resch. Een bevlogen ondernemer; eenmaal aan het woord is hij niet meer te houden. Niet zo heel gek, want er ís ook veel te vertellen. De Steineggerhof is al sinds 1971 een familiebedrijf en sinds 1995 een gespecialiseerd mountainbikehotel, met Kurt als een van de bike-guides. “Andere tijden! Toen we met begeleide mountainbiketochten begonnen, startten we de Latemarronde gewoon bij het hotel. Bijna drieduizend hoogtemeters. Haha, onze gasten moesten daarna twee dagen bijkomen. Die focus op het overwinnen van hoogtemeters is er niet meer; tegenwoordig is het grootste deel van onze gasten e-biker. Daar kun je van alles van vinden, maar feit is wel dat nu meer mensen van fietsen in de bergen kunnen genieten dan alleen maar de afgetrainde hoogtemetervreter.”
Dat gidsen doet Kurt niet meer zoveel. Niet zo gek als je tegen de zestig loopt. De laatste jaren zijn niet de lokale trails, maar de hotelkeuken zijn dagelijkse domein. Maar voor een Wiener schnitzel mit pommes moet je niet bij Kurt zijn. “We richten ons op een zo plantaardig mogelijke keuken. Het is simpel, we moeten niet meer uit de aarde willen halen dan we erin stoppen. Een plantaardig dieet is een goede start. Niet lekker? Het succes van onze veganistische kookboeken, die ik samen met mijn dochter Lisa maak, bewijst het tegendeel.” En dat is niks overdreven. Ik kom in best veel bikehotels, maar ik heb oprecht nog niet eerder zo goed en zo lekker vegetarisch gegeten. En wil je vlees eten, dan kan dat ook. “We willen niemand wegjagen. Maar áls er vlees op tafel komt, dan wel biologisch en uit de streek”, zo benadrukt Kurt.
Maar de zorg voor milieu en klimaat gaat bij Kurt en zijn team verder dan alleen de keuken. “Sinds 2018 is ons hotel officieel klimaatneutraal en sinds 2019 zijn we zelfs klimaatpositief. Per overnachting stoten we per gast tien keer minder Co2 uit dan een conventioneel hotel. Daarnaast hebben we ons ook aangesloten bij Biohotels, wat wil zeggen dat honderd procent van de producten die we onze gasten aanbieden biologisch moet zijn. Dat is niet altijd even makkelijk, sommige van onze gasten willen gewoon een Forst-biertje of een glas Coca Cola. Maar voor vrijwel alles hebben we inmiddels biologisch alternatieven gevonden die minstens zo lekker smaken, zo niet beter.”

Sterrenwachtrails
Het heeft de hele nacht geplenst en dat is te zien ook. Alles is kletsnat en het dal hangt nog vol hangt met wolken. Dat ziet er niet uit als mountainbikeweer. Maar Patrick denkt daar anders over. “Jullie zijn toch niet van suiker?” Hij heeft gelijk. Bovendien gaat het volgens de weer-apps pas rond een uur of twee weer echt plenzen. Als we voor die tijd weer binnen zijn, is er dus niks aan de hand. Kortom: snel hullen we ons in Gore-tex en slaan onze benen over het zadel.
De route die we gaan rijden is volgens Patrick een verzameling paden onder de naam Sterrenwacht-trails, naar de sterrenwacht op de berg ten zuiden van de Steineggerhof. Lärchegg heet die berg. Nou ja, het is eerder een forse heuvel. De top ligt op iets meer dan 1.300 meter hoogte en is geheel met bos bedekt. Als we na een paar honderd hoogtemeters relaxed omhoog peddelen de sterrenwacht bereikt hebben, dirigeert Patrick ons van de bosweg af en start er een wilde tocht tussen de bomen. Omlaag, omhoog, slingerend, golvend. Verrassend: vanwege de dikke laag dennennaalden is de ondergrond nog redelijk droog en hebben we verbazingwekkend veel grip.
Wel ben ik al snel m’n oriëntatie volledig kwijt. Of we zitten tussen de bomen óf we kunnen vanwege de laaghangende bewolking niet verder kijken dan een paar honderd meter. Maakt niet uit, we blijven gewoon lekker in Patricks wiel hangen. Woeha!








Even schuilen
Net als we in de buurt zijn van jausenstation Oberölgart begint het weer stevig te regenen. Snel naar binnen en even lekker wat eten en drinken. Zoals altijd in Zuid-Tirol is dat ook hier weer dik voor elkaar. En omdat het blijft gieten, maken we er maar een uitgebreide lunch van, met koffie en appeltaart toe. Ik hoef nog nét niet terug naar m’n bike gedragen te worden. Zo prettig als het is om een nat regenpak uit te trekken, zo vervelend is het omgekeerde. Maar het moet even, want we hebben nog een flink stuk te gaan. Ook nu weer bestaat Patricks route uit paadjes, paadjes en paadjes. Maar nu zijn ze vanwege alle extra nattigheid nog wat uitdagender dan vanmorgen. Maar hey, uitdagingen zijn leuk.
Doornat, maar tevens helemaal happy rollen we in de loop van de middag het pleintje voor de Steineggerhof weer op. Wat een schandalig lekkere dag. Biken in het bos in de regen? Ik teken er zo weer voor. Maar nu eerst even drogen!




Overdenkingen na afloop
Onderweg naar huis nemen we de trip nog even door. Ondanks het slechte weer op de eerste dag slaat de weegschaal positief uit. Met dank aan de bevlogen bike-guide Patrick, die ons telkens weer nieuwe spannende paadjes weet voor te schotelen. En dat allemaal in de buurt van de Steineggerhof. Lange transfers naar de trails zijn dus niet nodig. Ook de tweede dag, met gelukkig iets beter weer, is een succes. Natuurlijk, wie in de gelegenheid is om op de flanken van de indrukwekkende Rosengarten te mountainbiken, heeft altíjd een topdag. Maar ook hier is het Patricks indrukwekkende kennis van alle paadjes die het tot een onvergetelijke rit maken.
En dan is er nog het bikehotel zelf. Alhoewel steeds meer hoteliers in de Alpen zich inspannen om met zo min mogelijk milieubelasting hun bedrijf te runnen, zijn er maar weinig die dat zo zo consequent hebben doorgevoerd als hotelier Kurt Resch. En dat zonder merkbare nadelen voor de gasten. Niet qua accommodatie en zeker niet qua eten. Integendeel; zelden zoveel lekkere smaken en structuren op m’n bord gehad als in Bio- en Bikehotel Steineggerhof.
Eerlijk is eerlijk, een verblijf in Zuid-Tirol is me nog nooit tegengevallen. Daarvoor is dit Duitstalige stukje Italië gewoon een té goede mountainbikebestemming. Maar alhoewel de lat dus best hoog ligt, weten de Kurt Resch en zijn toegewijde team daar toch nog flink wat aan toe te voegen. Met geweldig eten, met een hartverwarmende gastvrijheid en met een ervaren gidsenteam dat van iedere rit een toprit maakt. Lang verhaal kort: we komen graag nog eens terug, maar dan bij voorkeur met minder regen en wolken. Het zou namelijk wel leuk zijn de Rosengarten eens in z’n volle glorie te zien…
Reisinformatie Val d’Ega/Eggental, Zuid-Tirol, Italië
Algemeen
Het is ongeveer duizend kilometer met de auto vanuit Utrecht naar Eggental in Südtirol, op z’n Italiaans respectievelijk Val d’Ega en Alto Adige genoemd. Deze Italiaanse regio is namelijk tweetalig, met als hoofdtaal Duits. De trein stopt in Bozen/Bolzano. Vanaf daar is er een elektrische shuttleservice naar Steinegg.
Verblijf
Arjan en Sebastiaan verbleven in Bio- en Bikehotel Steineggerhof in het dorp Steinegg, op 15 kilometer van Bozen. Een prima plek, want in alle windrichtingen ben je verzekerd van uitdagende routes. De Steineggerhof is lid van de gespecialiseerde hotelorganisatie BikeHotels Südtirol, wat nogmaals een garantie is dat goede faciliteiten, een wasservice én kennis van de locale trails voor bikers gegarandeerd zijn.
Begeleide tochten
Vijf keer per week gaan de bike-guides van de Steineggerhof, Patrick en Hansjörg, met hun gasten op pad. Meestal rijden mountainbikers en e-bikers in aparte groepen, maar de groepen worden soms ook gemengd. De gidsen stellen de groepen sowieso samen op basis van rij-niveau en conditie. Naast tochten kunnen de gidsen ook techniektrainingen verzorgen. Een aanrader voor iedereen die in de Alpen nog niet helemaal lekker op z’n bike zit, een paar goede tips doen vaak al wonderen!
Bikeverhuur
Je kunt bij het verkennen van de trails rond in en rond het Eggental gebruik maken de huurbikes van Bikehotel Steineggerhof. Een e-mountainbike, een capabele E-Riot van Ghost, kost 15 euro per dag. Ben je met de trein en de bus naar de Steineggerhof gekomen? Je krijgt dan één dag een gratis leenfiets! Ook top: je kunt gratis platformpedaalschoenen van Five Ten gebruiken.
Mountainbikeroutes
De mountainbikemogelijkheden rond Val d’Ega/Eggental zijn echt eindeloos. En vanwege de extra actieradius al helemaal met een e-mountainbike. Als je in Bikehotel Steineggerhof verblijft en op zoek bent naar routes, dan kan je zoals we je al vertelden het best hotelbaas Kurt Resch om advies vragen. Verblijf je ergens anders, dan is de website van het Eggental een goed startpunt. Ook op de site van BikeHotels Südtirol is veel route-informatie te vinden. Dé mountainbikeklassieker van de regio is natuurlijk de befaamde Latemarronde.
MTB-routes Val d’Ega/Eggental
Bij Velozine steken we een hoop tijd, geld en moeite in de productie van reisverhalen. We willen je inspireren er op uit te trekken en aanmoedigen dezelfde mooie mountainbikeavonturen te beleven als wij. Je vindt de mountainbikeroutes die we in en rond Val d’Ega/Eggental gereden hebben hieronder.






















