Tekst: Jeroen van den Brand // Foto’s: Arjan Kruik & Jeroen van den Brand
Terwijl je bij Wilderness Trail Bikes, kortweg WTB, niet minder dan negen profielen te kiezen hebt voor je gravelbike, was je voor je rappe crosscountry-mountainbike bij de Amerikaanse firma snel klaar met kiezen. Met alleen de Ranger als optie hoefde je niet bang te zijn voor keuzestress. Of juist toch weer wel, want de Ranger blinkt in voor laagland-bikers belangrijke aspecten dusdanig weinig uit, dat slechts weinig bikers het merk overwegen en dus te rade gaat bij de vertrouwde concurrenten met juist een breed aanbod.
WTB is in tegenstelling tot merken als Schwalbe, Continental of Vittoria geen grote naam in het crosscountrysegment. Maar dat weerhoudt ze er gelukkig niet van om weer een poging te wagen. Dat doen ze met de vorig jaar geïntroduceerde Macro. En om het daarbij ook meteen overzichtelijk te houden, komt die in slechts één uitvoering: 29 x 2.4 inch. Nou ja, vooruit; je mag aan keuzestress-knobbeltje krabben bij de keuze voor kleur van de zijkant. De WTB Macro is er namelijk geheel in het zwart of met transparante zijkanten.
WTB Macro 29 x 2.4 inch TCS Light Fast Rolling
De Macro is een geheel nieuwe band met z’n eigen profiel. Maar het is je vergeven als je in het noppenpatroon herkenbare elementen ziet van concurrerende banden. Ik zie ze namelijk ook, al zijn er zeker wel verschillen. Met meteen twee opvallende punten. Zo zijn de noppen laag; ze meten in het midden van het loopvlak slechts 2 millimeter. De schoudernoppen zijn 4 millimeter hoog, terwijl de spaarzame noppen tussenin zo’n 3 millimeter van het karkas omhoog komen. De ruimte tussen de schoudernoppen en het profiel bovenop de band is vervolgens dus ook vrij groot.
WTB geeft de Macro de term fast rolling mee, waarbij er drie rubbersamenstellingen gebruikt zijn. Rubber met een wat hogere hardheid vormt de basis voor het gehele loopvlak. Het loopt zelfs iets door in de basis van elke nop, wat best bijzonder is gezien de geringe hoogte van de noppen. Vervolgens zijn de noppen in het midden van het loopvlak gemaakt met rubber van een gemiddelde hardheid, voor grip en slijtvastheid. De schoudernoppen zijn juist weer gemaakt met een zachte samenstelling, voor maximale grip.
De WTB Macro heeft een karkas van een enkele weefsellaag van 120 tpi (threads per inch), TCS Light genaamd, waarbij de uiteinden onder het loopvlak ruim overlappen. Verder past WTB een extra nylon weefsellaag – slice guard, kortweg ‘SG’ – toe aan de zijkanten voor meer weerstand tegen insnijdingen van stenen én meer ondersteuning, aldus de fabrikant.
Mooi aan de maat
Voor ik je meeneem in mijn rijervaringen, eerst even wat boekhouding. WTB claimt een gewicht van 732 gram voor de Macro met zwarte zijkanten en 709 gram voor de versie met de transparante zijkanten. Mijn volledig zwarte testexemplaren wegen 755 en 753 gram. Dat is ongeveer net zoveel als de o veel gebruikte Schwalbe Racing Ray met het lichtste Super Race-karkas. En zo’n 20 gram meer dan de Thunder Burt van Schwalbe, eveneens uitgaande van het Super Race-karkas. Met een wanddikte van 1,1 millimeter is ook het karkas aan de zijkanten ongeveer even dik als dat Super Race-karkas. Niet dat die dikte alles zegt, maar toch wel iets. Immers, van extreem lichte banden, zoals de Specialized Renegade en Fast Trak van respectievelijk 632 en 647 gram in 2.35 inch breedte, is het met 0,7 millimeter uiterst dunne karkas juist de achilleshiel.
Op een Newmen-voorwiel met een tubeless, haakloze velg met een binnenbreedte van 30 millimeter, bolt de Macro mooi op tot 60,5 millimeter. Achteraan heb ik in mijn hardtail een velg met een binnenbreedte van 25 millimeter. Daarop meet ik de Marco op een strakke 60 millimeter. In beide gevallen is dat gemeten met de banden ruimschoots goed gezet en bij een druk van 1,35 bar. Voor een band die officieel 2.4 inch meet, is dat dus redelijk mooi aan de maat. Merk daarbij op dat WTB velgen met een binnenbreedte van 29 tot en met 35 millimeter als optimaal specificeert.

Specificaties | WTB Macro 29 x 2.4″
- Afmetingen:
- Diameter: 29 inch
- Breedte: 2.4 inch
- Velgbreedte: optimaal voor velgen met binnenbreedte van 29 tot 35 millimeter
- Karkas: Slice Guard (SG): enkellaags 120 tpi, nylon-versterkte zijwanden
- Rubbersamenstelling*:
- Fast Rolling: bestaande uit drie rubbersamenstellingen (getest)
- Gewicht:
- Fabrieksopgave:
- Zwarte zijkanten: 732 gram
- Transparante zijkanten: 709 gram
- Gewogen (als getest):
- Zwarte zijkanten: 755 gram
- Fabrieksopgave:
- Prijs: € 69,95
Website fabrikant: wtb.com
* WTB komt binnenkort ook met een High Grip-variant naast de Fast Rolling-versie. Deze heeft nóg iets zachter rubber bovenop voor de centrale noppen. Volgens WTB brengt de High Grip-versie meer tractie bij remmen en het insturen in natte omstandigheden.
Snel
Boude uitspraken en sterke one-liners als marketinguitingen blijven vaak achterwege bij WTB. Ze stellen zich eerder wat gereserveerd op. Het enige dat ze behoorlijk expliciet zeggen over de Marco is dat -ie snel is. En ja, daar is niets aan gelogen. Maar dat is natuurlijk niet het hele verhaal, dus lees vooral verder. Snel bleken ze in elk geval ook al bij de montage; dat ging zonder noemenswaardige problemen. Ze zijn ook goed luchtdicht, ‘verbruiken’ dus niet veel vloeibaar dichtmiddel bij tubeless montage en blijven vervolgens ook gedurende een langere periode goed op druk.
Zoals eerder aangehaald testen wij hier bij Velozine geenszins de rolweerstand op een objectieve manier. Zelfs al zouden we een lab-opstelling hebben; die waarden zeggen nauwelijks iets over de praktijk op losse ondergrond. Ik hou het dus bij het gevoel dat ik ervaar en dat kan ik samenvatten als lichtvoetig. Op harde ondergrond, zoals de asfaltwegen naar de mountainbikeroute toe, rollen de Macro’s gemakkelijk en stil. Ook op zandpaden, bosgrond en gruis en grove grind op de lokale vuilnisbelt is het niet moeilijk om in een rechte lijn de snelheid hoog te houden.
Grip hebben…
Voor een band met zulke spaarzame noppen zoals de Macro, heeft-ie behoorlijk veel grip. Al is dat vanwege het lage noppenprofiel niet zozeer mechanische grip, maar vooral tractie die het toegepaste rubber genereert. Op harde bosgrond met af en toe een worteltapijt heb ik niet snel de indruk te kort te komen. Hier speelt ook het soepele SG-karkas z’n troeven uit. Want bij een bandenspanning van zo’n 1,25 tot 1,4 bar voelen ze misschien niet zo soepel als het Super Race-karkas van een Schwalbe Racing Ralph/Ray en een Thunder Burt, veel scheelt het niet. Sterker; de combinatie van demping en ondersteuning lijkt zelfs iets gunstiger te zijn. De vervorming van het loopvlak is ruim voldoende om het minimalistische profiel en het rubber grip te laten vinden.
Het SG-karkas biedt ook goede ondersteuning en ik voel goed wat de band, of het loopvlak liever, onder me doet. Ook in kombochten in een afdaling, waar de dwarskrachten extra hoog zijn, blijft het profiel zogezegd goed onder de velg. Het wordt een ander verhaal wanneer je over los grind afdaalt. Of wanneer het nat wordt. De lage noppen kunnen nu eenmaal niet ver de grond in prikken, op zoek naar grip. En ook het zachte rubber kan dat uiteindelijk niet opvangen. Hierin lijkt de WTB Macro veel op de (geteste) Thunder Burt van Schwalbe.
…totdat je het niet meer hebt
Wat daarbij ook mee speelt is dat de band vrij rond op de velg staat. De schoudernoppen staan vrij ver naar de zijkant en worden minder snel dan bij onder meer die al aangehaalde Thunder Burt aan het werk gezet. De afstand tussen het middenprofiel en de schoudernoppen is daarbij ook groot. Bij het insturen, of op op off-camber-secties, kom je dus al snel terecht in een redelijk ongedefinieerd gedeelte van het profiel, met weinig noppen voor mechanische grip. Voor een achterband vind ik dat niet erg; die volgt immers wel. Maar bij gebruik als voorband ondermijnt dat het vertrouwen.
Als wijlen Cruijff een mountainbiker was geweest zou-ie zeggen: “Je hebt grip totdat je het niet meer hebt”. Dat gaat voor elke band op, maar de marge tussen tussen met vertrouwen insturen, of het vertrouwen dat je bodemonderzoek gaat doen, is mijns inziens de belangrijkste weegfactor van een band. En bij de WTB Macro is die marge wel dun. Zo knijp ik op de lokale vuilnisbelt – ondanks kombochten – eerder in mijn remmen dan me lief is. En met het invallen van de herfst bleken de eerst vallende blaadjes ook teveel voor de Macro rond mijn voorwiel. Zo rook ik niet alleen de herfst, ik proefde hem ook, zullen we maar zeggen.

Conclusie
Ik zal de laatste zijn om te zeggen dat er te weinig bandenopties zijn voor crosscountry-bikers. Niettemin is WTB’s toetreding tot het crosscountry-gilde er een die we mogen toejuichen. Hun gravelbanden staan al jaren bekend als goede allrounders voor wat betreft rolweerstand, grip, comfort en duurzaamheid. Aspecten die de nuchtere laagland-mountainbiker wel kan waarderen. Met de Macro brengt WTB een deel van die eigenschappen ook naar de mountainbike. De Macro rolt gevoelsmatig licht en het karkas is daarbij aangenaam comfortabel en biedt volop ondersteuning. Wat dat betreft is de Macro een aangename aanvulling aan de bekende rubbers van de meer ingeburgerde merken.
Qua grip is de Macro echter wispelturig en in sommige omstandigheden zelfs listig. Op een harde ondergrond zal je niet snel te kort komen. En ook op bosgrond komt de Macro goed tot z’n recht. Maar zodra je op losse gravel of een natte ondergrond terecht komt, is het opletten geblazen. De marge tussen grip en géén grip is vanwege z’n lage noppen en de grote afstand tussen de het middenprofiel en de schoudernoppen erg klein.
De Macro mist een passende voorband en ik hoop dat WTB daar snel mee op de proppen komt. Want de tekortkomingen van de Macro spelen een ondergeschikte rol wanneer je hem alleen als achterband gebruikt. En z’n lage rolweerstand en prettige demping zijn dan juist grote troeven. Tot die tijd zou ik de Macro alleen rondom gebruiken als de variatie in het terrein niet al te groot is. Oh, en het weer bestendig. Gelukkig wonen we in Nederland…