Test | WTB CZR i30 wielen: Carbon werkpaarden met uithoudingsvermogen

Tekst en foto’s: Arjan Kruik

WTB CZR i30-wielen: stevig en betaalbaar carbon

Alhoewel we pas halverwege de zomer zitten, hebben de WTB CZR i30-mountainbikewielen al flink wat beproevingen moeten doorstaan. Een kleine tienduizend hoogte- en dieptemeters in alpine terrein, schat ik zo. Eerst een week in een mijn eigen Raaw Jibb spierfiets in het Italiaanse Val Venosta, daarna anderhalve week in een Radon Render e-mountainbike in Valsugana en Val di Fanes en tot slot ook nog ’s een ruim twee weken in een Trek Rail, eveneens een zware e-mountainbike, in de streek rond het Comomeer. Al deze bikes hebben we niet gespaard, zowel qua terrein – lekker ruig – als voor wat betreft blubber en nattigheid; de hogedrukspuit is er regelmatig overheen gegaan, rivieren zijn doorwaad en het aantal dagen met heftige hoosbuien was deze zomer groter dan ooit.

Goed, ze hebben het dus niet makkelijk gehad, die WTB’s. Maar daarvoor zijn ze ook bedacht. “Strong, light, cheap: pick two”, zou mountainbike-icoon Keith Bontrager ooit gezegd hebben. En bij WTB kennen ze dit mantra als geen ander. Want licht, dat zijn de CZR i30’s met nét geen 1.900 gram niet bepaald. Niet voor carbon wielen, maar óók niet als je ze vergelijkt met aluminium wielen. De recentelijk ook door mij geprobeerde Mavic Crossmax XL S-wielen wegen minder. Terwijl dat toch geen slappe hoepeltjes zijn.

“Pick two”

“Pick two”. En aagezien het gewicht hoog is, moet de prijs wel laag zijn, toch? Dat klopt deels. Met 1.449,90 euro per set zijn ze weliswaar niet supergoedkoop, maar wel redelijk schappelijk geprijsd. En met, dat verklap ik alvast, een zeer goede bouwkwaliteit en een fantastische garantie. Want dat superlatief mag je toch wel gebruiken voor de levenslange garantie die WTB op de cabon velgen biedt, met honderd procent crash replacement-korting als je de velgen tijdens het biken beschadigd. En rijd je bijvoorbeeld met je auto over je eigen mountainbike – kan zomaar gebeuren, toch? – dan kan je bij WTB voor de helft van de prijs nieuwe velgen krijgen. Kijk, dát is nog ’s garantie!

Hoe zijn ze gemaakt?

Asymmetrische velgen

De velgen van de CZR i30’s hebben een binnenbreedte van 30 millimeter en haakloze flanken. En ze zijn asymmetrisch. Dat wil zeggen dat de spaakgaten zo’n halve centimeter uit het midden staan. Daardoor is het mogelijk aan de linker- en rechterkant van de naaf spaken van gelijke lengte te gebruiken. Dat is niet alleen praktisch bij het vervangen van gebroken spaken, maar het zorgt ook voor een meer evenwichtige spaakspanning. Wat, in theorie, op zijn beurt resulteert in een stabieler wiel.

Het geultje dat bij omleggen tijdelijk plaats moet bieden aan de hieldraden van de band ligt eveneens uit het midden. In dat geultje, ónder het luchtdichte velglint, ligt nóg een lintje. Dat extra lintje is gemaakt van een stevig materiaal, dat moet voorkomen dat een gebroken spaak zich door het tubeless-velglint heen kan boren. Daarnaast dekt dat extra lintje ook de spaakgaten af, waardoor het tubeless-lint daar minder indeukt.

Die spaakgaten zijn verstevigd met extra carbon, wat uitscheuren van de gaten tegen moet gaan. Je zou verwachten dat de spaakgaten in de spanrichting van de spaak geboord zouden zijn, maar dat is niet of slechts gedeeltelijk waar. Bij een aantal spaken zie je net boven de spaaknippel een klein knikje, terwijl je liever ziet dat nippel en spaak netjes in één lijn staan.

Eigen naven met stalen J-spaken

De CZR i30-velgen worden gespaakt rond WTB’s eigen Frequency-naven. Deze zijn voorzien van industrielagers, met een holle stalen as met schroefdraad waarmee de lagers op spanning gebracht worden. De vrijloop in de achternaaf werkt met behulp van zes pallen die in twee groepjes van drie gesynchroniseerd zijn. In combinatie met de 36 tanden in het naafhuis levert dat een vrije slag op van vijf graden. Mijn testwielen hebben een Sram XD-driver, maar WTB levert ook bodies voor Shimano Micro Spline.

De verbinding tussen de naven en de velgen is lekker ouderwets: met 28 stalen, J-vormige spaken die drie maal gekruisd zijn. En met spaaknippels van messing. Klassieker wordt het niet. Ook klassiek is de zesgaatsmontage van de remschijven, WTB biedt geen naven met Shimano’s Centerlock-passing. Voor mij prima, want omdat al mijn reserveschijven zesgaats zijn, dat scheelt een hoop gedoe met adapters.

Ook de industrielagers in de wielnaven hebben standaard afmetingen. Mochten ze versleten zijn, dan kun je bij WTB, of bij een lagerspecialist als Enduro, nieuwe bestellen. Het vervangen is niet moeilijker dan bij elke andere naaf met industrielagers. WTB heeft een lange levensduur sowieso hoog in het vaandel staan; ook vrijwel andere naafonderdelen als assen, asdoppen, vrijloopringen, vrijlooppallen en ga zo maar door kunnen geleverd worden.

Hoe bevallen ze?

Banden omleggen en tubeless maken

De WTB CZR i30-wielen worden geleverd inclusief voorgemonteerd WTB-velglint. Met de eveneens meebestelde WTB-banden – een WTB Vigilante voor het voorwiel en een WTB Trail Boss voor achter – is omleggen appeltje-eitje. Natuurlijk, zonder bandenlichters krijg je er tegenwoordig geen band meer om, maar de kracht die je moet gebruiken om de hieldraad in het velgbed te wippen is gering. Daarna gewoon oppompen met een vloerpomp, laten ploppen, sap erbij en klaar.

Echter, als ik de wielen van de Radon Render overzet naar de Trek Rail en daarbij ook gelijk maar een bandenwissel uitvoer, loop ik toch tegen een probleempje aan. De nieuwe banden zijn een Magic Mary-voorband en een Big Betty-achterband van Schwalbe, met respectievelijk een stug Super Trail-karkas en een nóg stugger Super Gravity-karkas. Dat laatste omdat je op de stenige paden rond het Comomeer, waar we met de Trek Rail gaan rijden, je qua karkas beter het zekere voor het onzekere kunt nemen.

Het omleggen van de Schwalbe’s loopt net zo soepel als bij de WTB-banden, het laten ploppen ook. Maar als ik vervolgens de lucht er weer laat uitlopen om via het ventiel een anti-leksapje toe te voegen, schiet de hieldraad van de Big Betty aan de korte kant van het asymmetrische velgbed weer naar binnen. “Plop!” betekent hier blijkbaar niet dat de hieldraad definitief op z’n plek zit. Ondanks dat het Schwalbe Super Gravity-karkas behoorlijk stug is en zich daardoor wat lastiger ‘zet’, kan ik me niet aan de indruk onttrekken dat om de hieldraad beter te fixeren een hoger randje in het velgbed geen kwaad kan.

Spannende paadjes rijden

“WTB carbon components are designed to provide a perfect blend of stiffness and compliance while also proving to be nearly indestructible.” Ja, WTB is nogal zeker van zichzelf. Maar goed, ze geven niet voor niets een levenslange garantie. Maar de vraag is wel, wát dan die perfecte mix van “stiffness and compliance” is. Met mijn gewicht van zo’n 80 kilo met rugzak zitten de WTB CZR i30’s eerder aan de stugge dan aan de comfortabele kant van het spectrum. Maar goed, ik heb de afgelopen twee seizoenen met een paar aluminium Crossmax XL S-wielen gereden en die zijn echt bovengemiddeld comfortabel.

Ik wil daarmee maar zeggen dat ik de lat nogal hoog heb liggen, qua comfort. Vergelijk ik de WTB CZR i30-wielen bijvoorbeeld met de carbon wielen die onder een Trance X Advanced E+ Elite liggen – de test van deze lichtgewicht e-mountainbike kan je binnenkort op deze site verwachten – dan springen de WTB-wielen er qua meegaandheid er juist in positieve zin uit. De compliance-claim van WTB is dus niet geheel onterecht.

Vraag is natuurlijk hoeveel belang je daar aan moet hechten. Ja, hoe meer comfort, hoe beter. Maar als dat samengaat met een zwabberig karakter, dan kies ik liever voor minder comfort. Maar wees gerust, van zwabbberen hebben deze WTB-wielen geen last. Zelfs niet onder een zware e-mountainbike op ruige keienpaden en in G-kracht verhogende kuipbochten. Jij geeft aan waar je heen wilt en de WTB’s voeren jouw opdracht precies en zonder morren uit.

Conclusie

Tsja, wij, de bergen en het weer; we hebben allemaal ons best gedaan de WTB CZR i30-wielen door de knieën te dwingen. Tevergeefs, ze hebben geen krimp gegeven. Zware e-mountainbikes, genadeloze rotspaadjes, hevige hoosbuien, hogedrukspuiten, het heeft allemaal niks geholpen, de WTB’s draaien nog net zo lekker rond als toen ze net uit de doos kwamen. Okay, het oppervlak van de velgen laat her en der wat krassen zien. Maar welke velg komt geheel ongeschonden door een paar weken Alpentrails rijden heen? Geen enkele natuurlijk.

“Wij, de bergen en het weer; we hebben allemaal ons best gedaan de WTB CZR i30-wielen door de knieën te dwingen. Tevergeefs, ze hebben geen krimp gegeven. Zware e-mountainbikes, genadeloze rotspaadjes, hevige hoosbuien, hogedrukspuiten, het heeft allemaal niks geholpen, de WTB’s draaien nog net zo lekker rond als toen ze net uit de doos kwamen.”

“Maar ze zijn zo zwaar”, hoor ik je zeggen. Ja dat klopt, maar je kunt je afvragen hoe relevant het gewicht van een trailbike-wiel is. Ik bedoel: de WTB-banden waarmee we deze wieltest begonnen wegen elk een kilo. En de Magic Mary en Big Betty van Schwalbe die we later monteerden gaan daar nog eens ruim overheen. Dus wat maakt dat relatief geringe overgewicht van de wielen dan nog uit? Okay; wil je de WTB CZR i30-wielen in combinatie met een setje lichtgewicht xc-rubber ook in Nederland gebruiken, dán gaat het gewicht natuurlijk wel een bepalende rol spelen. Maar ik zie xc-rijder niet zo snel voor deze WTB-wielen kiezen.

Nee, je gaat voor deze Amerikaanse wielen als je regelmatig je bike over de grens meeneemt en je er belang aan hecht dat alles heel blijft, hoe gek je het ook maakt. En dat je, als er onverwacht tóch iets stuk gaat, kunt vertrouwen op een buitengewoon goede garantie. En dat alles voor een behoorlijk schappelijke prijs.